Thema's

Werk en Inkomen

Ondersteuning voor huishoudens met een laag inkomen

In Nijmegen maken veel huishoudens gebruik van regelingen voor inkomensondersteuning. Alleen al de Energietoeslag 2022 is voor 21.000 adressen uitgekeerd. Maak ook van de "reguliere" gemeentelijke inkomensregelingen als Individuele Inkomenstoeslag of het busabonnement maken vele huishoudens gebruik. Het Nibud heeft berekend dat huishoudens die consequent gebruik maken van alle regelingen in Nijmegen voldoende budget hebben om van te leven.
Toch zijn er ook huishoudens met schulden, waarvoor de gemeente schuldhulpverlenings- en preventieactiviteiten inzet.
Zo'n 3.500 Nijmeegse huishoudens/personen kunnen niet op eigen kracht hun financiën regelen en zijn onder bewind gesteld.

Gebruik van regelingen voor inkomensondersteuning

Voor huishoudens met een laag inkomen zijn er in Nijmegen verschillende gemeentelijke regelingen om financiële ondersteuning te krijgen. De belangrijkste daarvan zijn:

  • Individuele Inkomenstoeslag
    Wanneer huishoudens langdurig een laag inkomen hebben, hebben zij recht op de Individuele Inkomens Toeslag, een vast bedrag per jaar. In 2023 ontvingen ongeveer 5.800 huishoudens deze toeslag. Dit zijn er net zoveel als in 2021 en iets meer dan vorig jaar.
  • Individuele Studietoeslag
    Voor studenten die door een beperking niet in staat zijn naast hun studie wat bij te verdienen is er een (maandelijks uitbetaalde) individuele studietoeslag. Ongeveer 470 studenten maakten daar in 2023 gebruik van. Hoewel deze groep absoluut gezien niet groot is, is er in vergelijking tot voorgaande jaren wel sprake van een flinke stijging.
  • Individuele bijzondere bijstand
    Huishoudens kunnen bijzondere bijstand aanvragen voor extra uitgaven, bijv. in verband met inrichting of bijzondere zorg of voor beheer- en bewindkosten. Ongeveer 5100 personen kregen in 2023 zulke bijzondere bijstand, ongeveer vergelijkbaar met 2022.
  • Meedoenregeling
    Via de Meedoenregeling kunnen mensen met een laag inkomen voor maximaal €150 aan een cursus of activiteit meedoen. In 2023 hebben meer dan 7000 hiervan gebruik gemaakt. Het aantal gebruikers van de Meedoenregeling stijgt al een paar jaar. Dat komt ook doordat  de inkomensgrens tot waar je gebruik kunt maken van deze regeling twee jaar achtereen verhoogd is. In 2022 van 110% naar 130% van het sociaal minimum en in 2023 naar 140%. Maar ook is mogelijk dat het gebruik de jaren daarvoor onder invloed van de corona-crisis juist laag is geweest.
  • Kinderfonds
    Voor kinderen kent Nijmegen "Leergeld", een stichting die voor kinderen uit gezinnen met een laag inkomen vergoedingen geeft voor deelname aan sport, cultuur en onkosten i.v.m. school. In 2023 werd aan 4.200 kinderen in 2.400 huishoudens een vergoeding toegekend. De laatste jaren is het aantal gebruikers van het Kinderfonds gestaag toegenomen
  • Collectieve Aanvullende Ziektekostenverzekering
    Huishoudens kunnen via de CAZ meedoen aan een uitgebreide verzekering, waarbij ook gekozen kan worden voor het verzekeren van het eigen risico. De gemeente betaalt dan maandelijks een deel van de verzekeringspremie. De laatste jaren maken steeds rond de 11.000 mensen gebruik van de CAZ.
  • Busvoordeelpas
    Tegen een betaling van €15 mogen mensen met een laag inkomen het hele jaar (buiten de ochtendspits) gebruik maken van de bussen in Nijmegen. Deze regeling is najaar 2020 gestart. In 2023 hebben 12.000 mensen van dit busabonnement gebruik gemaakt, een flinke stijging t.o.v. 2021 en 2022.
  • tot 1 januari 2023 werd in Nijmegen hondenbelasting geheven. Voor lage inkomens was het mogelijk hiervoor kwijtschelding te krijgen. Met het verdwijnen van de hondenbelasting is ook de kwijtschelding van deze belastingen opgeheven.


Figuur: gebruik gemeentelijke inkomensregelingen in 2021, 2022 en 2023. Bron: dashboard Sociaal Domein gemeente Nijmegen/opgave regelingen.

Bereik van inkomensregelingen

De verschillende minimaregelingen in de gemeente Nijmegen kennen verschillende toelatingscriteria en inkomensgrenzen. De omvang van de doelgroep is vaak niet af te leiden uit openbare bronnen. Op verzoek van de gemeenteraad is in 2021 een opvraag naar de omvang van de doelgroepen voor de verschillende regelingen gedaan bij het CBS om vast te stellen hoe groot het bereik is van de verschillende regelingen. Die gebruiken we om het bereik van de regeling vast te stellen.

Voor 2 regelingen doen we dat niet:

  • Om in aanmerking te komen voor de Individuele Studietoeslag is een voorwaarde dat het om een student gaat die door beperking niet in staat is naast de studie bij te verdienen. Hiervan bestaat geen registratie, dus we kunnen niet bepalen hoe groot de totale doelgroep is.
  • Voor de Bijzondere Bestand geldt dat ze bedoeld is voor bijzondere situaties, en dat er daarom ook geen streefcijfer van gewenst bereik vastgesteld kan worden.

Ook bij de CAZ is het lastig de doelgroep te bepalen. Hoeveel mensen/huishoudens binnen de inkomensgrenzen van de CAZ vallen is duidelijk, maar niet voor al deze mensen is de CAZ de meest logische keuze: het is een uitgebreide maar ook duurdere verzekering. Wie jong en gezond is, is misschien verstandiger uit met een andere verzekering.
Bij de overige regelingen is een zo hoog mogelijke deelname gewenst. In onderstaande figuur is te zien een hoe groot deel van de doelgroep in 2023 (en 2022 en 2021) gebruik heeft gemaakt van deze regelingen.

Figuur: aantal gebruikers per regeling als % van de groep die volgens hun inkomen in aanmerking komen voor de regeling (aanvulling op CBS-cijfers 2019).

Het bereik van het Kinderfonds is erg hoog: het aantal huishoudens dat daar gebruik van maakt is zelfs groter dan de doelgroep die het CBS voor deze regeling berekend. Dit kan mogelijke verklaard worden door het feit dat het Kinderfonds ook huishoudens helpt die in asielcentra wonen, of inwonend zijn bij een opa of oma. Deze huishoudens zijn voor het CBS in hun statistieken niet of moeilijk te duiden.
Het bereik van de Meedoen-regeling is het laagst: ruim twee derde van de mensen die deze regeling zouden mogen gebruiken doen dat (in 2023) niet. De stijging in het absolute aantal deelnemers in 2022 betekende geen vergroting van het bereik, omdat door het verhogen van de inkomensgrens ook de doelgroep groter werd. In 2023 is het bereik wel toegenomen.
Het bereik van het Busvoordeelabonnement is zowel in 2022 als 2023 flink toegenomen.

Mensen/huishoudens kunnen van meerdere regelingen tegelijk gebruik maken.
Van alle zelfstandige wonende huishoudens in Nijmegen (peildatum 1-1-2023) maakte zo'n 17% het voorafgaande jaar gebruik van één of meer van bovengenoemde gemeentelijke regelingen voor inkomensondersteuning (exclusief Kinderfonds). Dit percentage is de laatste jaren tamelijk stabiel.
Onder de mensen met een bijstandsuitkering is dat aandeel vanzelfsprekend veel hoger: ongeveer 90%. Andersom is het echter zeker niet zo dat deze regelingen vooral door huishoudens in de bijstand gebruikt worden. Ongeveer 40% van de gebruikers van deze regelingen had een bijstandsuitkering, een kwart leeft van OAW/pensioen en ongeveer 35% van inkomsten uit arbeid of een andere uitkering dan bijstand.

Figuur: Inkomensbron van zelfstandig wonende huishoudens in Nijmegen die gebruik maken van minima/inkomensregelingen. Bron: SSB 2023.

In absolute cijfers gezien is het aantal huishoudens uit de bijstand dat gebruik maakt van een inkomensregeling ongeveer gelijk gebleven, terwijl er meer oudere huishoudens of huishoudens met een andere inkomensbron van minstens een regeling gebruik maken.


Figuur: aantal huishoudens naar inkomensbron dat gebruik maakt van een inkomensregeling, 2020-2023. Bron: SSB

Door (gemeentelijke) inkomensregelingen hebben minima in principe voldoende budget

Het Nibud heeft in 2024 berekend in hoeverre minimahuishoudens in Nijmegen, wanneer zij gebruik maken van alle voor hen van toepassing zijnde gemeentelijke en landelijke inkomensregelingen, voldoende budget hebben om van te leven. Daaruit bleek dat voor alle voorbeeldhuishoudens het totale inkomen voldoende was voor het vervullen van de basisbehoeften (noodzakelijke uitgaven) en uitgaven voor sociale participatie. Alleenstaande ouders hebben de grootste vrije bestedingsruimte.  Deze gunstige uitkomsten zijn mede het gevolg van de forse koopkrachtreparaties die in 2023 zijn gedaan.
De uitkomsten voor huishoudens met een zorgvraag komen later in 2024 beschikbaar.

Figuur: Vrije bestedingsruimte in euro's per maand voor huishoudens met 100% en 130% sociaal minimum na uitgaven voor basispakket en sociale participatie. Bron: MER-rapportage Nibud 2024.

In de berekeningen gaat het Nibud ervan uit dat huishoudens daadwerkelijk gebruik maken van de regelingen die hen ter beschikking staan, een goed financieel beleid voeren en geen schulden/leningen hebben. In praktijk zal dit niet altijd het geval zijn.
De individuele inkomenstoeslag is in deze berekeningen buiten beschouwing gelaten. Of die voor een huishoudens beschikbaar is, hangt immers niet alleen af van de hoogte van hun inkomen, maar ook van de tijd dat zij al een laaginkomen hebben. Alleen huishoudens in langdurige armoede komen in aanmerking voor deze toeslag.

Het NIBUD heeft ook gekeken in hoeverre er sprake is van een armoedeval bij het stijgen van het inkomen. Een armoedeval houdt in dat hoewel het inkomen stijgt, de vrije bestedingsruimte daalt, omdat landelijk en plaatselijke toeslagen wegvallen. In de huidige situatie is in ieder geval bij de stijging van 100% naar 140% van het sociaal minimum geen sprake van een armoede val. Wel speelt dit bij het 2-oudergezin met 2 oudere kinderen wanneer het inkomen stijgt van 40 naar 50% van het sociaal minimum.
Wat ook in beeld komt is dat een stijging van 100% naar 110% van het sociaal minimum weliswaar niet tot een armoedeval leidt, maar ook voor bijna alle huishoudens nauwelijks meer bestedingsruimte geeft. Het eerste stapje van een uitkering naar een marginaal beter betalende baan levert dus weinig financieel voordeel op.

Huishoudens met schulden

Over huishoudens met schulden kun je heel uiteenlopende cijfers geven. Dat heeft verschillende oorzaken:

  • Onder “schulden” kun je uiteenlopende zaken verstaan. In de breedste zin, wanneer je ook bijvoorbeeld hypotheken en leningen van DUO meerekent, kom je op veel hogere aantallen uit dan wanneer je schulden definieert als betalingsachterstanden (op de verplichtingen die deze schulden met zich meebrengen). En ook binnen betalingsachterstanden is nog onderscheid te maken tussen ernstige en minder zwaarwegende (want niet te hoog, binnen het budget te betalen, etc.) achterstanden.
  • Er zijn maar beperkt gegevens centraal beschikbaar over schulden van huishoudens.
    Jarenlang waren grote enquête-onderzoeken (Panteia, Nibud) de voornaamste bron van informatie over het voorkomen van schulden en betalingsachterstanden bij huishoudens. Zulke onderzoeken geven een beeld van alle schulden die er in een huishoudens zijn, maar zijn ook duur en omslachtig, bieden weinig mogelijkheden voor het inzoomen op speciale groepen en je moet altijd rekening houden met marges rond de uitkomsten. Sinds een paar jaar ligt bij het CBS een opdracht om op basis van
    geregistreerde schulden een samenvattend beeld van de schuldenpositie van Nederlandse huishoudens te geven. Voor de schulden die daarin meegenomen worden geeft dat een heel precies en gedetailleerd beeld. Alleen, niet alle schulden vallen onder de registraties waar het CBS over kan beschikken.

Volgens de CBS-cijfers heeft in Nijmegen (2023) 8% van de huishoudens een geregistreerde schuld, de (oudere) Nibud-enquêtes geven een (landelijke) indicatie van 15-20% van de huishoudens met ernstige of lichte betalingsproblemen.

Vergeleken met heel Nederland, en ook met de meeste kennissteden, is het aandeel huishoudens met geregistreerde schulden in Nijmegen relatief laag.

Figuur: Huishoudens met geregistreerde schulden, 2023. Bron: CBS dashboard geregistreerde schulden.

Na een daling van het aantal huishoudens met schulden in de periode 2018-2021 is de laatste 2 jaar het aandeel huishoudens met schulden, zowel in Nijmegen, de kennissteden als Nederland, weer toegenomen.
Volgens het CBS komt dat doordat in de coronatijd de Belastingdienst en de Dienst Toeslagen de invordering van toeslagen en overige aanslagen tijdelijk heeft stopgezet. Daardoor staan deze schulden langer open en vallen zo onder de CBS-defitie van problematische schuld.


Figuur: Ontwikkeling % huishoudens met schulden. Born: CBS dashboard geregistreerde schulden, 2023

Vooral huishoudens in de bijstand hebben relatief vaak geregistreerde schulden: dat geldt voor bijna een kwart van hen.
In Nijmegen valt op dat onder de laagopgeleiden relatief veel mensen met geregistreerde schulden zijn en onder de huishoudens met een inkomen tot €20.000 en huishoudens met herkomst buiten Europa juist weinig.

Figuur: % huishoudens met geregistreerde schulden, naar groepskenmerken. Bron: CBS dashboard geregistreerde schulden, 2023.

Ondersteuning voor huishoudens met financiële problemen

Lang niet alle huishoudens met schulden zoeken hulp, of zijn bekend bij hulpverleners. De gemeente biedt op verschillende manieren ondersteuning aan huishoudens met schulden, zowel preventief als nadat er schulden zijn ontstaan.

Preventie

In 2017 is gestart met “Financieel expert in de wijk”, een project van gemeente, Sterker en Bindkracht10 om laagdrempelig (financieel) advies te geven vanuit de STIP’s. In alle  9 Nijmeegse stadsdelen en Hatert is een vestiging van de Financieel Expert.  In 2023 hebben zich ongeveer 1700 Nijmegenaren met 1900 vragen gemeld bij de FEW's. Ongeveer 60 % van hen wordt ondersteund door een eenmalig (telefonisch) gesprek. Zo'n 15% krijgt een langer adviestraject. Een even grote groep wordt (soms aansluitend op een adviestraject) verwezen naar een hulpverlener.
In 2022 zijn in een evaluatie van de FEW de ervaringen van klanten geïnventariseerd via een enquête en interviews:

  • van de mensen die met een gesprek zijn ondersteund is 75-80% positief over de behandeling een aanpak, 2/3 geeft aan dat zij geholpen zijn en nu meer vertrouwen in hun financiële situatie hebben.
  • ook de mensen met wie een adviestraject is doorlopen laten zich positief uit over de ondersteuning. De drempel naar de FEW vinden ze laag, het contact met de medewerkers goed.

Een belangrijk preventie-project waaraan de FEW werkt is “Op de rit”. Daarvoor werken een tiental partners (woningbouwcorporaties, zorgverzekeraars, energie- en watermaatschappij, gemeente) samen. Zij vergelijken adressen waarop sprake is van kortlopende achterstand. Wanneer op een adres sprake is van een of meerdere schulden wordt dit huishoudens benaderd: is er behoefte aan advies/ondersteuning. Maandelijks wordt er door medewerkers van de FEW met 50 tot  100 adressen contact gezocht. Over het algemeen is op deze adressen sprake van meerdere of opeenvolgende schulden of gaat het om jongere huishoudens. Deze huishoudens worden persoonlijk (bezoek, telefoon) benaderd.  Huishoudens met een enkele schuld  krijgen een brief met ondersteuningsaanbod. Dat is voor sommige aanleiding zich zelf te melden bij de FEW. In 2023 op een van deze manieren met meer dan 3000 huishoudens contact gezocht. Met 1000 van hen is ook werkelijk contact geweest
Uiteindelijk zijn ongeveer 150 huishoudens  bij de Financieel Expert terechtgekomen voor advies of een adviestraject naar aanleiding van deze vroegsignalering.

Schuldhulpverlening

De FEW kan burgers doorverwijzen voor schuldhulpverlening. De belangrijkste aanbieders zijn het gemeentelijke bureau Schuldhulpverlening en Bindkracht 10.

  • Bureau Schuldhulpverlening richt zich vooral op meer zelfredzame huishoudens met regelbare schulden, met als doel die schulden af te gaan betalen. Het aantal aanmeldingen bij Bureau Schuldhulpverlening is een aantal jaar teruggelopen. Van bijna 450 in 2018 naar ongeveer 250 2021 en 2022. In 2023 is het aantal aanmeldingen weer wat hoger. Behalve door de FEW kunnen ook door bewindvoerders kandidaten aan bureau Schuldhulpverlening worden aangeleverd.
  • Bindkracht 10 biedt o.a. "stabilisatietrajecten" waarbij ernaar gestreefd wordt de (financiële) situatie van huishoudens te stabiliseren, maar het oplossen van de schulden niet voorop staat.


Figuur: aanmeldingen bij bureau SHV, gemeente Nijmegen.

Naast de gemeente en Bindkracht zijn er ook veel andere (vrijwilligers)instanties die zich bezig houden met hulp aan mensen met financiële problemen, bijv. de FIBON, Humanitas en de Schuldwegwijzer.

In 2023 is onder de cliënten van Bureau Schuldhulpverlening een klant tevredenheidsonderzoek gehouden. Zowel klanten in de regelfase (waarin een schuldregeling wordt opgesteld) als klanten in de aflosfase (waarin ze hun schulden volgens afspraak afbetalen) zijn naar hun ervaringen gevraagd. De belangrijkste conclusies daarbij waren:

  • de algemene tevredenheid van de cliënten is hoog. In de regelfase is het rapportcijfer een 7,9, in de aflosfase een 8,5.
  • maar een klein aantal mensen is echt ontevreden, waarbij wantrouwen jegens instanties en het ondervinden van onvoldoende begrip voor persoonlijke omstandigheden een rol spelen.
  • bewindvoerders spelen een belangrijke rol in het schuldhulpverleningsproces, zowel in het aanbrengen van kandidaten als in het begeleiden van klanten.

3500 huishoudens/personen onder bewind

Wanneer iemand niet in staat is zijn eigen financiële zaken te regelen kan de rechter beschermingsbewind instellen. Als iemand zelf over onvoldoende inkomsten beschikt om hiervoor te betalen, vergoedt de gemeente dat via de bijzondere bijstand. Kijk je op een specifiek moment, dan zijn er ongeveer 1900 huishoudens waarbij dit aan de orde is. Gerekend over een jaar is dit cijfer hoger (ongeveer 2.300) omdat er altijd huishoudens in- of uitstromen. Deze cijfers zijn de laatste jaren redelijk stabiel.
Daarnaast zijn er ook nog personen/huishoudens die onder bewind van een familielid gesteld zijn of de bewindskosten voor eigen rekening nemen. In 2018 kwam dit bij ongeveer 1.500 Nijmegenaren voor.
In totaal zijn er dus ongeveer 3.500 personen/huishoudens in Nijmegen onder bewind gesteld.

Van de 2.300 personen/huishoudens waarvan in de loop van 2022 de bewindkosten via de gemeentelijke bijzondere bijstand worden betaald zijn meer gegevens bekend:

  • 85% van deze huishoudens woont in een eigen huur- of koopwoning, 15% in instellingen/op kamers/ onzelfstandig.
  • Het gaat vooral om alleenstaanden en 1-oudergezinnen.
  • Ongeveer de helft van de huishoudens heeft een inkomen uit de bijstand, ook dus ongeveer de helft uit andere bronnen (werk, andere uitkeringen).
  • Er is veel sprake van overlap met andere vormen van hulpverlening of regelingengebruik. Meer dan de heft maakt gebruik van minstens 5 (gemeentelijke) regelingen; vooral gebruik van zorgregelingen (50% van de huishoudens) en andere inkomensregelingen is hoog.
  • Het gaat vooral om huishoudens tussen 30 en 60 jaar oud.

Figuur: kenmerken van zelfstandig wonende huishoudens onder via bijzondere bijstand betaald bewind. Bron: SSB 2023, Onderzoek en Statistiek, gemeente Nijmegen.

Op 21.000 adressen energietoeslag 2022

Ter compensatie van de hoge energiekosten in 2022 en 2023 konden huishoudens met een laag inkomen een Energietoeslag krijgen. De toeslag is per adres uitgekeerd. Zowel adressen die bewoond worden door zelfstandige huishoudens als onzelfstandige huishoudens (kamerbewoners, vaak studenten, die een woning/adres delen) kwamen  voor deze toeslag in aanmerking. In 2022 is voor bijna 18.000 adressen een energietoeslag uitgekeerd, en in de eerste maanden van 2023 kwamen daar nog ongeveer 3000 adressen voor de energietoeslag 2022 bij. In totaal is de toeslag 2022 dus voor zo'n 21.000 adressen uitgekeerd.
De Energietoeslag 2023 is door de gemeente voor wat minder adressen betaald (ongeveer 17.500). In 2023 is voor studenten met een aanvullende beurs een aparte regeling gemaakt, die via DUO is uitbetaald. Dit zal deels een verklaring voor het lagere aantal door de gemeente uitgekeerde toeslagen in 2023 zijn.

Figuur: Ontvangers Energietoeslag 2022 en 2023 Bron: dashboard Sociaal Domein.

Van de ontvangers van de Energietoeslag 2022 die zelfstandig wonen weten we dat ongeveer 85% van hen ook gebruik maakt van andere inkomensvoorzieningen (heeft bv een bijstandsuitkering, een busvoordeelabonnement of maakt gebruik van de CAZ). Zo'n 2000 huishoudens, 14% van de ontvangers van de toeslag, zijn nieuwe gebruikers van de gemeentelijke inkomensondersteuning.

Deze pagina is gebouwd op 05/23/2024 14:29:19 met de export van 05/23/2024 14:24:54