Beroepsbevolking
De Nijmeegse beroepsbevolking telt bijna 110.000 mensen. Daaronder zijn er heel veel met een hoog opleidingsniveau. Juist de laagopgeleiden hebben het moeilijk op de arbeidsmarkt.
Bijna 110.000 mensen in beroepsbevolking
De beroepsbevolking in Nijmegen, het aantal mensen tussen 15 en 75 dat werkt of wil werken, stijgt al jaren. In de laatste 10 jaar (2013-2023) bedroeg de totale toename ongeveer 12.000 personen, tot een beroepsbevolking van 109.000 in 2023.
Ongeveer 70% van de bevolking tussen 15 en 75 is “actief” op de arbeidsmarkt. Onder degenen die buiten de beroepsbevolking vallen nemen de 65 tot 74-jarigen een belangrijk aandeel in: veel van hen hebben niet meer de bedoeling of wens te werken. 65-minners die niet tot de beroepsbevolking horen zijn bijvoorbeeld mensen die fulltime een opleiding volgen, arbeidsongeschikt zijn of huisman/vrouw zijn.
Figuur: Potentiele beroepsbevolking (*1000) 15-74 jaar in Nijmegen. Bron: CBS.
Verreweg het grootste deel van de beroepsbevolking is ook aan het werk: zo’n 104.000 mensen. Ook deze groep is sinds 2013 flink gegroeid. Dat komt zowel doordat de groep mensen in de leeftijdsklasse 15-75 is toegekomen, maar zeker ook omdat een groter aandeel van deze groep werkt: de netto arbeidsmarktparticipatie is toegenemen van 67% in 2013 naar 73% in 2023.
Niet iedereen die wil werken heeft ook werkelijk werk; 4% van de beroepsbevolking, ongeveer 4.000 mensen, is werkloos. 10 jaar geleden lag het werkloosheidspercentage veel hoger, bedroeg bijna 10%. Vooral in de jaren 2013-2018 is het werkloosheidspercentage sterk gedaald.
De Nijmeegse beroepsbevolking is wat jonger dan gemiddeld in Nederland, maar het opvallendste kenmerk is het hoge opleidingsniveau: in Nijmegen is bijna 60% van de beroepsbevolking hoog opgeleid (HBO of WO) terwijl voor Nederland als geheel voor ruim 40% geldt.
Deels is dit te verklaren door de opleidingsfunctie die Nijmegen heeft: veel mensen ronden hier een hogere opleiding af. Ook in de andere kennissteden zie je dat het aandeel jongeren en hoger opgeleiden binnen de beroepsbevolking bovengemiddeld is. Maar zelfs in vergelijking tot die steden steekt het Nijmeegse aandeel hoog opgeleiden positief af.
Figuur: Beroepsbevolking naar leeftijd en opleidingsniveau, 2023. Bron: CBS.
Kijk je naar de ontwikkeling de laatste 10 jaar dan is te zien dat de groei van de beroepsbevolking meer dan volledig is toe te schrijven aan een toename van hoogopgeleiden: deze groep nam met meer dan 25% toe. Tegelijkertijd daalde het aantal laagopgeleiden. De ontwikkeling in Nederland laat hetzelfde patroon zien, maar daar is de groei van het aantal hoogopgeleiden nog sterker.
Figuur: Procentuele toe- en afname beroepsbevolking per deelgroep, tussen 2013 en 2023. Bron: CBS.
Na eenmalige stijging in 2020 dalen werkloosheidscijfers verder
Het werkloosheidspercentage wordt bepaald door het aantal mensen op zoek naar werk te delen door de totale beroepsbevolking.
Figuur: Werkloosheidspercentage Nijmegen, kennissteden en Nederland. Bron: CBS.
De ontwikkeling van het (door het CBS geschatte) werkloosheidspercentage in Nijmegen en Nederland vertoont grote overeenkomsten: na een hoogtepunt in 2013 (crisisjaren) zakte het werkloosheidspercentage sinds 2014 gestaag. De ontwikkelingen in Nijmegen, Nederland en de kennissteden lopen nagenoeg gelijk op. In 2020 was op alle geografische niveau's een kleine stijging te zien, onder invloed van de coronacrisis. Maar in 2021 en 2022 zakt het werkloosheidspercentage verder, naar het laagste cijfer in jaren. In 2023 veranderden de werkloosheidspercentages maar weinig. In Nijmegen was er nog wel sprake van een kleine daling.
Het werkloosheidspercentage in Nijmegen ligt door de jaren heen steeds 0,5 tot 1,5% boven het landelijk gemiddelde en is nagenoeg gelijk aan het cijfer in de kennissteden.
Werkloosheid naar opleiding en leeftijd: Nijmeegse laagopgeleiden vaak werkloos
Omdat de werkloosheidsgegevens van het CBS gebaseerd zijn op een steekproefonderzoek moet je, zeker naarmate je gegevens op lagere geografische niveaus (zoals voor Nijmegen) en voor deelgroepen (naar leeftijd of opleiding) gebruikt, rekening houden met steeds grotere marges. De hierna volgende gegevens over werkloosheid naar leeftijd en opleiding zijn indicaties, geen exacte weergave van de werkelijkheid.
Opleidingsniveau is een belangrijke indicator voor kansen op de arbeidsmarkt. Zoals in de figuur te zien is, is werkloosheid onder mensen met een lage opleiding (dat wil zeggen zonder startkwalificatie) vele malen hoger dan bij mensen met een hoge opleiding. In Nijmegen is zo'n 2,5% van de hoog opgeleide beroepsbevolking werkloos, tegen 9% van de laag opgeleide beroepsbevolking.
Het patroon dat laagopgeleiden een hogere werkloosheidskans lopen dan hoogopgeleiden doet zich in heel Nederland voor. Echter, in de kennissteden, en zeker in Nijmegen is dit effect veel sterker dan gemiddeld.
Figuur: Werkloosheidspercentage naar opleidingsniveau, 2023. Bron: CBS.
De positie van jongeren op de arbeidsmarkt is altijd kwetsbaar en zeer gevoelig voor conjuncturele schommelingen. Zij staan aan het begin van hun carrière en moeten vaak nog een baan vinden. In tijden waarin het economisch minder goed gaat komen zijn als eerste in problemen. Landelijk zie je dan ook dat het cijfer voor jeugdwerkloosheid meestal ruim boven het algemene werkloosheidscijfer ligt. De toename van de werkloosheid in 2020 is ook voor een belangrijk deel terechtgekomen bij de jongeren. En ook nu de werkloosheidscijfers flink gezakt zijn is de werkloosheid onder jongeren nog steeds veel hoger dan onder de iets ouderen en ouderen.
Figuur: Werkloosheidspercentage naar leeftijd, 2023. Bron: CBS.
De verhoudingen in Nijmegen en de andere kennissteden lijken sterk op die in Nederland als geheel.